ECLI:NL:GHAMS:2011:BX3050
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- W.J. Noordhuizen
- R.H. de Bock
- C.C. Meijer
- Rechtspraak.nl
Faillissementsrecht en schuldsaneringsregeling: niet-ontvankelijkheid van verzoeken na termijnoverschrijding
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Amsterdam, gaat het om de niet-ontvankelijkheid van verzoeken tot opheffing van faillissement en toepassing van de schuldsaneringsregeling. Het faillissement van X c.s. werd op 6 juli 2010 uitgesproken door de rechtbank Alkmaar op verzoek van een schuldeiser. X c.s. dienden op 20 april 2011 een verzoek in tot opheffing van het faillissement en gelijktijdige toepassing van de schuldsaneringsregeling. Dit verzoek volgde op een eerdere niet-ontvankelijk verklaring van de rechtbank Alkmaar op 24 juni 2010, waarbij X c.s. niet ontvankelijk werd verklaard in hun verzoek om schuldsanering.
Het hof overweegt dat artikel 3 lid 1 van de Faillissementswet (Fw) bepaalt dat een gefailleerde binnen veertien dagen na kennisgeving van het faillissement een verzoek tot schuldsanering kan indienen. Het hof concludeert dat X c.s. niet binnen deze termijn een verzoek hebben ingediend, en dat er geen omstandigheden zijn die rechtvaardigen dat deze termijnoverschrijding niet aan hen kan worden toegerekend. De wijziging van het verzoek door X c.s. wordt door het hof als tardief beschouwd.
Het hof vernietigt het vonnis van de rechtbank en verklaart X c.s. niet-ontvankelijk in hun verzoek tot opheffing van het faillissement en toepassing van de schuldsaneringsregeling. Dit arrest is gewezen op 29 november 2011 en kan binnen acht dagen na uitspraak in cassatie worden aangevochten.