ECLI:NL:GHAMS:2011:BQ8137
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- T.A.C. van Hartingsveldt
- S. Clement
- G.C.C. Lewin
- Rechtspraak.nl
Wraking van rechters in strafzaak en de beoordeling van onpartijdigheid
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 16 juni 2011 een beschikking gegeven over een wrakingsverzoek van een verzoeker, die zich in een strafzaak bevond. Het verzoek tot wraking werd ingediend door de advocaten mr. J.Y. Taekema en mr. N. Harlequin op 14 juni 2011, tijdens een openbare terechtzitting. De verzoeker, die in een penitentiaire inrichting verbleef, stelde dat de strafkamer de schijn van partijdigheid had gewekt door niet in te gaan op zijn onderzoekswensen, waaronder een verzoek om forensisch medisch contra-onderzoek. De verzoeker voerde aan dat de voorzitter van de strafkamer, mr. W.M.C. Tilleman, vooringenomenheid had getoond door te stellen dat er 'niets nieuws' was gehoord, terwijl er volgens de verzoeker wel degelijk nieuwe feiten waren die een gerechtelijke dwaling konden veroorzaken.
Tijdens de behandeling van het wrakingsverzoek op 14 juni 2011 waren de verzoeker, zijn advocaten en een tolk aanwezig. De advocaat-generaal, mr. C.L. de Jong, voerde het woord en concludeerde tot gedeeltelijke niet-ontvankelijkheid van het verzoek. De wrakingskamer oordeelde dat de gronden voor wraking niet konden leiden tot gegrondverklaring van het verzoek, aangezien wraking niet bedoeld is om inhoudelijke beslissingen ter discussie te stellen. De advocaat-generaal benadrukte dat de beslissingen van de strafkamer niet duiden op partijdigheid en dat het verzoek tot wraking te laat was ingediend.
Het hof oordeelde dat de verzoeker onvoldoende feiten had aangedragen die de vrees voor onpartijdigheid objectief gerechtvaardigd maakten. De beslissing van de strafkamer om de onderzoekswensen niet te honoreren, werd niet als een uitzonderlijke omstandigheid beschouwd. Het hof concludeerde dat er geen aanwijzingen waren voor partijdigheid van de rechters en wees het verzoek tot wraking af. De beschikking werd uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.