GERECHTSHOF TE AMSTERDAM
TWEEDE MEERVOUDIGE BURGERLIJKE KAMER
Beslissing van 17 mei 2011 in de zaak onder nummer 200.012.988/01 NOT van:
[klager],
notaris te [ ],
APPELLANT,
gemachtigde: mr. O.F. Blom,
[de notaris],
voorheen notaris te [ ], thans notaris te [ ],
GEÏNTIMEERDE,
gemachtigde: mr. R.S. Schouten.
1. Het geding in hoger beroep
1.1. Het hof heeft in deze zaak op 22 september 2009 en op 7 september 2010 een tussenbeslissing gegeven, waarnaar voor het verloop van het geding tot aan die beslissingen wordt verwezen en waarbij wordt volhard.
1.2. Ter terechtzitting van 25 november 2010 heeft de voortgezette behandeling van het hoger beroep plaatsgevonden. Verschenen zijn appellant, verder klager, vergezeld van zijn gemachtigde, alsmede geïntimeerde, verder de notaris, vergezeld van zijn gemachtigde. Daarnaast is als getuige verschenen mr. F.J. Winkel RA namens het Bureau Financieel Toezicht te Utrecht. Partijen hebben het woord gevoerd.
1.3. Van de zijde van klager is op 15 december 2010 een aanvullende productie ter griffie van het hof ingekomen.
1.4. Van de zijde van de notaris is op 17 december 2010 een aanvullende productie ter griffie van het hof ingekomen.
2. De stukken van het geding
Het hof heeft kennis genomen van de inhoud van de door de kamer aan het hof toegezonden stukken van de eerste instantie en de hiervoor vermelde stukken.
Het hof verwijst voor de feiten naar hetgeen de kamer in de bestreden beslissing heeft vastgesteld. Partijen hebben de juistheid van de feiten niet betwist, zodat ook het hof van die feiten zal uitgaan.
4. De standpunten van partijen
Voor de weergave van de wederzijdse standpunten verwijst het hof naar de bestreden beslissing.
5.1. Het onderzoek in hoger beroep heeft niet geleid tot vaststelling van andere beschouwingen en gevolgtrekkingen dan die vervat in de beslissing van de kamer, waarmee het hof zich verenigt.
5.2. Hetgeen partijen verder nog naar voren hebben gebracht kan als in het voorgaande reeds behandeld dan wel als niet ter zake dienend, buiten beschouwing blijven.
5.3. Het vorenstaande leidt tot de volgende beslissing.
- bekrachtigt de beslissing waarvan beroep.
Deze beslissing is gegeven door mrs. A.D.R.M. Boumans, F.A.A. Duynstee en C.P. Boodt en in het openbaar uitgesproken op dinsdag 17 mei 2011 door de rolraadsheer.
KAMER VAN TOEZICHT OVER DE NOTARISSEN EN KANDIDAAT-NOTARISSEN IN HET ARRONDISSEMENT UTRECHT
BESLISSING van de Kamer van Toezicht over de notarissen en kandidaat-notarissen in het arrondissement Utrecht op de klacht van:
[klager],
notaris te [ ],
klager,
[de notaris],
notaris te [ ],
beklaagde,
gemachtigde: mr. R. Schouten, advocaat te Zeist.
Op 20 februari 2008 heeft deze Kamer een brief met drie bijlagen van klager ontvangen. Daarin formuleert hij enige klachten tegen [ de notaris], hierna: de notaris.
De notaris heeft bij brief van 24 juni 2008 van zijn raadsman, met daarbij enige bijlagen, op de klachten geantwoord.
De klachten zijn op 26 juni 2008 mondeling behandeld. Bij die gelegenheid zijn verschenen:
- klager in persoon;
- de notaris vergezeld van zijn gemachtigde.
Klager heeft zijn klacht toegelicht aan de hand van op schrift gestelde, overgelegde aantekeningen.
De notaris heeft daarop bij monde van zijn gemachtigde zijn standpunt uiteengezet. De notaris heeft zelf ook enige inlichtingen verschaft.
De Kamer heeft vervolgens de uitspraak bepaald op heden.
Klager verwijt de notaris dat deze het publiek misleidt en in strijd handelt met de bepalingen van de verordening beroeps- en gedragsregels. Hij heeft daartoe het volgende gesteld:
(i) de notaris maakt in zijn offertes geen melding van vaste kostenopslagen ten belope van € 148,75 en € 17,85, de btw daarin begrepen. Bovendien worden deze bedragen ook niet in de telling in de offertes opgenomen. En dat terwijl de notaris op voorhand weet dat hij die kosten in de afrekening zal opnemen. Volstaan wordt met de vermelding, aan het slot van de offerte, van “Kantoor-, leges en dossierkosten indien van toepassing”. Ter adstructie van dit punt verwijst klager naar de bijlage 1 bij zijn klaagschrift. Daarmee suggereert de notaris volgens klager dat die kosten niet steeds verschuldigd zijn terwijl de notaris die kosten in alle gevallen in rekening brengt.
(ii) in de afrekening benoemt de notaris de opslag van € 148,75 als leges (leges derden (GBA, VIS, etc)). Klager zegt een voorbeeld daarvan in zijn dossier te hebben. De werkelijke kosten voor leges aan derden zijn volgens klager te stellen op slechts € 1,00.
(iii) de notaris hanteert voor geringe extra werkzaamheden buitensporig hoge tarieven. In dat verband heeft klager gewezen op de algemene voorwaarden van de notaris die als bijlage 2 bij zijn klaagschrift zijn gevoegd. In artikel 6 onder 2. van die algemene voorwaarden staan die tarieven opgesomd. Zo rekent de notaris € 400,00 excl. btw voor een aanvullende overbruggingshypotheek en een bedrag van € 300,00 excl. Btw voor het verzetten van een afspraak. Op die wijze hanteert de notaris, volgens klager, twee tarieven: het lage “loktarief” en het exorbitant hoge meerwerktarief en verhoogt hij zodoende zijn honorarium. Die algemene voorwaarden blijken overigens sinds kort niet meer op de website van de notaris te staan, wat volgens klager de wijze van declareren van de notaris nog verder vertroebelt.
(iv) de notaris pleegt volgens klager bij de verkoper ook een bedrag van € 32,73 in rekening te brengen terwijl dit bij de standaard “kosten koper”voor rekening van de koper behoort te komen.
(v) Klager heeft ten slotte vernomen dat de notaris binnen vijf minuten (of soms nog korter) akten passeert. Naar klager stelt is dit in strijd met het bepaalde in artikel 43 lid 1 van de Wet op het notarisambt en heeft dit ook oneerlijke concurrentie tot gevolg. Ook zou het tijdstip van passeren op voorhand in de conceptakte zijn opgenomen, hetgeen volgens klager volstrekt onjuist is.
De notaris heeft verklaard dat de tarieven zoals deze staan vermeld op de site van “degoedkoopstenotaris.nl” moeten worden beschouwd als een indicatie. De aanvragers kunnen daaraan geen rechten ontlenen. Op die site kan, door de daartoe bestemde knop aan te klikken, een offerte worden aangevraagd. Die aanvraag wordt aan het notariskantoor toegezonden. Nadat die offerteaanvraag is ontvangen wordt door het notariskantoor telefonisch contact gezocht met de aanvrager. Bij die gelegenheid wordt naar de precieze bedoeling van de aanvrager gevraagd. Besproken wordt wat de aanvrager nodig heeft en ook worden de bijkomende kosten meegedeeld. De bijkomende kosten hangen af van aard van de zaak die moet worden behandeld. Eerst daarna wordt een offerte uitgebracht en met de bevestiging wordt een exemplaar van de algemene voorwaarden meegezonden. De algemene voorwaarden kunnen niet worden gedownload, maar men moet deze opvragen. De notaris heeft verder verklaard dat de kosten die de verkoper in rekening worden gebracht betrekking hebben op de betalingen, met name de aflossing van de hypothecaire schuld. Die betalingen komen ten laste van de verkoper.
Met betrekking tot het passeren van akten heeft de notaris opgemerkt dat de tijd die daarmee is gemoeid varieert van een half uur tot een uur, afhankelijk van de aard van de akte. Voordat er wordt gepasseerd wordt nagegaan of alles wat nodig is ook is gedaan. De notaris licht de akten toe met behulp van een beamer. Dat gebeurt bij iedere te passeren akte.
4.1 Met betrekking tot de klacht onder 2 sub (i) overweegt de Kamer dat de zinsnede “Kantoor-leges en dossierkosten, indien van toepassing”, nu de notaris onvoldoende gemotiveerd heeft weersproken dat het regel is dat hij onder die noemer, ongeacht de daadwerkelijk gemaakte kosten, zijn cliënten vaste bedragen in rekening brengt, op dit punt niet zorgvuldig genoeg is. Van de notaris mag een grotere transparantie in de offerte ten aanzien van de kostenstructuur worden verwacht. De Kamer zal deze klacht gegrond verklaren.
4.2 Wat betreft de klacht onder 2 sub (ii) is de Kamer van oordeel dat in de afrekening nauwkeurig moet worden omschreven welk bedrag de cliënt voor welke dienst verschuldigd is. Ook dienen de eventueel aan de cliënt door te berekenen kosten steeds als zodanig kenbaar te worden gemaakt. De notaris heeft ook het verwijt van klager dat de notaris daarin tekort schiet niet, althans niet voldoende gemotiveerd, weersproken. Mitsdien oordeelt de Kamer deze klacht dan ook gegrond.
4.3 Wat betreft de klacht onder 2. sub (iii) is de Kamer van oordeel dat, wat er zij van de hoogte van de tarieven die de notaris voor meerwerk in rekening brengt, de notaris in beginsel vrij is in de vaststelling daarvan. Wel dienen deze tarieven op voorhand aan potentiële cliënten kenbaar te zijn. Dat zijn ze, naar het oordeel van de Kamer, in onvoldoende mate. De tarieven voor diverse meerwerk staan weliswaar vermeld in de algemene voorwaarden, maar die algemene voorwaarden staan niet op de website “degoedkoopstenotaris.nl” en evenmin op de website van de notaris zelf. Naar de verklaring van de notaris worden potentiële cliënten die algemene voorwaarden eerst op hun daartoe strekkend verzoek, danwel met de bevestiging van de verkregen opdracht, toegezonden. De Kamer oordeelt ook deze klacht gegrond.
4.4 De Kamer oordeelt de overige klachten ongegrond. De notaris heeft voor de kosten die de verkopende partij van een onroerende zaak in rekening worden gebracht een aannemelijke verklaring gegeven terwijl klager onvoldoende heeft gesteld, en het is in deze procedure ook anderszins niet aannemelijk geworden, dat de notaris zodanig weinig tijd neemt voor het passeren van akten dat niet voldaan kan zijn aan het bepaalde in artikel 43 lid 1 van de Wet op het notarisambt. Het tevoren opnemen van een tijdstip van passeren van de akte is niet onjuist, indien de akte daadwerkelijk op dat tijdstip wordt gepasseerd. Niet gebleken is dat de notaris in strijd hiermee akten heeft gepasseerd op een ander tijdstip dan in de akte staat vermeld.
4.5 Nu enige klachten gegrond verklaard worden staat de vraag ter beantwoording of aan de notaris een tuchtrechtelijke maatregel moet worden opgelegd. De Kamer beantwoordt die vraag bevestigend. De Kamer oordeelt de onzorgvuldigheden van de notaris zodanig ernstig, dat de tuchtmaatregel van een waarschuwing passend en geboden is. Hetgeen klager overigens verzoekt zal worden afgewezen nu artikel 103 van de Wet op het notarisambt voor inwilliging daarvan geen ruimte biedt.
4.6 Op grond van het vorenstaande wordt als volgt beslist.
De Kamer:
- verklaart de klachten onder 2. sub (i), sub (ii) en sub (iii) gegrond;
- legt de notaris terzake de maatregel van waarschuwing op;
- wijst af hetgeen meer of anders is verzocht;
- verklaart de overige klachten ongegrond.
Gewezen te Utrecht door mr. H.Æ. Uniken Venema, voorzitter, mr. E. Kerpen, mr. H.J.Th.G. Tomlow, mr. H.A.M. Pinckaers en mr. R.J.M. van den Heuvel, leden, bijgestaan door mr. L. Heij, secretaris, en uitgesproken op 7 augustus 2008 door
mr. H.J. Schepen, wnd. voorzitter van deze Kamer.
De secretaris De wnd. voorzitter
Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na de verzenddatum daarvan hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam, Civiele Griffie, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.
Aan partijen toegezonden op: 7 augustus 2008.