Uitspraak
mr. J.P. Groente Hoorn,
mr. E.J.H. van Lithte Amsterdam.
1.Het geding in hoger beroep
2.Grieven
3.Feiten
4.Beoordeling
“het vernieuwen van de fundering van de voor- en achtergevel en van de fundering van de met de panden Eerste Schinkelstraat 4 en Eerste Schinkelstraat 8 gemeenschappelijke bouwmuur, met behoud van bestemming tot woongebouw en het weer herstellen van de oorspronkelijke samenhang van de voor- en achtergevel en van de bouwmuren.”
“Vóór de renovatie was hier een flinke scheur zichtbaar, die tijdens de renovatie met stucwerk is gecamoufleerd. Dit zou kunnen duiden op een funderingsprobleem, iets wat wij op dit moment niet kunnen beoordelen.”Bij brief van 13 december 2001 heeft Rappange op dit punt geantwoord:
“Zoals u weet heeft het Dagelijks Bestuur van Stadsdeel Amsterdam Oud Zuid de splitsingsvergunning verleend. Een van de eisen die het Stadsdeel stelt bij het aanvragen van een splitsingsvergunning is dat de aanvrager een funderingsrapport laat opstellen. Verkoper heeft geen op- of aanmerkingen van het Stadsdeel gekregen dat er iets mis zou zijn met de fundering of dat er iets gedaan moest worden aan de fundering. Bovendien zou de vergunning nooit zijn verleend als het Stadsdeel van mening zou zijn dat er op korte termijn funderingsherstel nodig zou zijn. Volledigheidshalve doen wij u hierbij toekomen het rapport van Pieters Bouwtechniek d.d. 18 april 2001.”
niettemineen nader onderzoek naar de fundering hadden moeten laten uitvoeren en binnen twee jaar na de brief van 23 november 2001 een rechtsvordering hadden moeten instellen met het oog op de verjaringstermijn van artikel 23 lid 2 BW.
5.Slotsom
6.Beslissing
31 januari 2012voor uitlating door Townspace als hiervoor bedoeld;