ECLI:NL:GHAMS:2010:BP2482
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep kort geding
- M.M.M. Tillema
- G.J. Visser
- W.J. van den Bergh
- Rechtspraak.nl
Schadevordering en herleving van beslag in hoger beroep
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Amsterdam diende, hebben de appellanten, Royal Invest Vastgoed B.V. en P&H Holding B.V., samen met een derde appellant, een hoger beroep ingesteld tegen een eerdere uitspraak. De zaak betreft een schadevordering en de vraag of eerder gelegde beslagen moeten herleven. De appellanten hebben betoogd dat zij belang hebben bij het voortbestaan van de beslagen, vooral in het licht van mogelijke dwangsommen die verbeurd kunnen worden. Het hof heeft echter geoordeeld dat de beslagen, die zijn gelegd ter verzekering van verhaal van de schade, niet hoeven te herleven. De schade die de appellanten stellen te hebben geleden, is begroot op verschillende posten, waaronder extra kosten en minderopbrengsten bij executoriale verkoop. Het hof heeft vastgesteld dat de vordering van de appellanten niet voldoende onderbouwd is en dat er voldoende zekerheid is in de vorm van verrekeningsmogelijkheden met de vennootschappen waarvoor de geintimeerde als bestuurder optreedt. De appellanten hebben ook een vordering tot betaling van juridische kosten ingediend, maar het hof heeft geoordeeld dat deze vordering niet aannemelijk is. Uiteindelijk heeft het hof het vonnis waarvan beroep bekrachtigd en de appellanten in de kosten van het geding in hoger beroep veroordeeld.