(i) Het E-commerce en marketingcommunicatiebureau Ned 1 Communica-tie B.V. (hierna Ned 1), opgericht in juni 2001, had drie aan-deelhouders, ieder voor een derde, te weten Struif, Pruif B.V. (hierna Pruif) en Kaduif B.V. (hierna Kaduif). Struif, Pruif en Kaduif hadden tot enige aandeelhouder respectievelijk [ap-pellant 2], [broer appellant 2] (zijn broer) en [geïntimeerde 2]. Ned 1 hield zich onder meer bezig met het vervaardigen van digitale en papieren jaarverslagen.
(ii) Eind 2001 heeft Wolters Kluwer aan Ned 1 de opdracht verstrekt om een digitale versie van het jaarverslag van Wolters Kluwer over 2001 te ontwikkelen. Deze opdracht heeft Ned 1 naar te-vredenheid uitgevoerd.
(iii) Vervolgens hebben Wolters Kluwer en Ned 1 gesproken over een vervolgopdracht voor het verzorgen van het digitale jaarver-slag van Wolters Kluwer over 2002. In dat kader heeft Ned 1 op 12 juli 2002 aan Wolters Kluwer een kostenindicatie doen toe-komen. [Geïntimeerde 2] is bij deze besprekingen voor Wolters Kluwer steeds het aanspreekpunt van Ned 1 geweest, evenals bij de uitvoering van de opdracht voor het jaarverslag van 2001.
(iv) Bij brief aan Ned 1 van 11 september 2002 heeft Wolters Kluwer Ned 1 verzocht een geheimhoudingsverklaring te ondertekenen ter zake alle door of namens Wolters Kluwer verstrekte en te verstrekken informatie, inclusief de door Ned 1 vervaardigde materialen waarin de betreffende informatie is verwerkt. De brief opent als volgt:
Inzake de door ons aan u verstrekte opdracht met betrekking tot het schrijven van Wolters Kluwer jaarverslag 2002 en daarmee sa-menhangende opdrachten (..);
(v) Bij brief van 25 november 2002 heeft [geïntimeerde 2] Wolters Kluwer bericht dat hij voornemens was de samenwerking met de andere twee aandeelhouders te beëindigen;
(vi) Bij e-mailbericht van 28 november 2002 heeft [broer appellant 2] aan [A] van Wolters Kluwer onder meer het volgende geschre-ven:
Ik geef je openheid van zaken en heb daarbij geen zin om zaken bij weg te houden. (..) De financiële situatie is als volgt. Iets meer dan twee jaar geleden heb ik als extern financier 225.000 NLG in-gebracht in de op te richten werkmaatschappij NED1.Communicatie. Zowel Kees ([appellant 2], hof) als Steven ([geïntimeerde 2], hof) zijn met mij een onderhandse lening aangegaan van 75.000 gulden. (..)
De huidige economische omstandigheden zorgen echter voor een situ-atie waarbij wij 'lean and mean' moeten opereren. (..)
De burnrate van Ned1 ligt op meer dan 15.000 euro per maand aan salarissen, huur en aan algemene kosten. Mijn salaris is hier ove-rigens niet bij inbegrepen, omdat ik met Steven en Kees heb afge-sproken dat ik voor mijn verrichtingen pas wordt betaald als er voldoende liquiditeiten aanwezig zijn.
Wat speelde er de afgelopen weken bij NED1?
Voor de komende drie maanden was additionele funding nodig, daar de facturen voor wat betreft onder handen werk (o.a. voor Wolters) pas medio februari 2003 verstuurd gaan worden.
Aangezien ik vond dat ik al een substantieel deel heb gefinan-cierd, heb ik deze maal ook mijn beide zakenpartners verzocht om voor additionele funding te zorgen. Anders zouden we een externe financier moeten zoeken waardoor het aandelenkapitaal zou verwate-ren.
Zowel [appellant 2] als ik waren bereid om additionele funding aan te wenden. Steven wilde of kon dit niet. Ik heb vervolgens Steven in alle redelijkheid verzocht om een voorstel te doen om tot een oplossing te komen, aangezien de lonen deze week betaald dienden te worden. (..) Afgelopen maandag was Steven niet aanwezig op de zaak. Hij stuurde mij en Kees een e-mail en een fax met de medede-ling dat hij wilde stoppen met NED1 (..)
Het probleem waarmee we zitten, begrijp je ongetwijfeld. Steven was voor vele cliënten als account manager de aorta tussen klant-afspraken en creatie. Kortom de huidige status quo is voor NED1 een erg schadelijke zaak. (..)
Mocht je, om mogelijke ongerustheid over de voortgang weg te ne-men, bankgaranties wensen, dan is dat geen probleem. (..)
(vii) Bij brief van 29 november 2002 heeft Wolters Kluwer aan Ned 1 meegedeeld dat zij besloten had geen gebruik te zullen maken van de diensten van Ned 1 bij de totstandkoming van het jaar-verslag 2002. Ter toelichting van haar besluit heeft zij, voor zover hier van belang, het volgende geschreven:
Bij de totstandkoming van het jaarverslag 2001 heeft Wolters Klu-wer, basis van het door de onderneming in de heer [geïntimeerde 2] gestelde vertrouwen, samengewerkt met Ned1. Deze vertrouwensrela-tie tussen Wolters Kluwer en de heer [geïntimeerde 2] was voor ons aanleiding om, in het bijzonder met het oog op de specifieke ex-pertise van de heer [geïntimeerde 2], in overweging te nemen Ned1 weer in te schakelen bij de totstandkoming van het jaarverslag 2002. Het wegvallen van de heer [geïntimeerde 2] heeft er dan ook toe geleid dat binnen Wolters Kluwer ernstige twijfel is ontstaan over een goede en tijdige invulling door Ned1 van de werkzaamheden die met het jaarverslagtraject gemoeid zijn.
Die twijfel is nog versterkt door de door de heer [appellant 2] namens Ned1 gedane mededelingen omtrent de zorgwekkende financiële situatie van Ned1, welke situatie wij nog eens bevestigd zagen in de e-mail van de heer [appellant 2] die wij gisteren ontvingen. Wolters Kluwer kan het zich (..) niet veroorloven (..) vertragin-gen op te lopen bij het publiceren van het jaarverslag.
(viii) Wolters Kluwer heeft de opdracht voor het jaarverslag 2002 van Wolters Kluwer uiteindelijk aan [geïntmeerde 2] verstrekt, handelend onder de naam Go4Innovation. [Geïntimeerde 2] heeft zich in januari 2003 onder deze naam als eenmanszaak inge-schreven bij de Kamer van Koophandel.
(ix) Go4Innovation heeft met betrekking tot door [geïntimeerde 2] in december 2002 verrichte werkzaamheden ten behoeve van het jaarverslag 2002 een factuur d.d. 3 januari 2003 aan Wolters Kluwer verstuurd.
(x) Met ingang van 7 december 2004 is Ned 1 volgens de gegevens van de Kamer van Koophandel opgehouden te bestaan op grond van afwezigheid van baten. {Appellant 2] is vereffenaar van Struif.