ECLI:NL:GHAMS:2007:BB8802
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- A.D.R.M. Boumans
- G.C. Makkink
- C.Ch. Mout
- Rechtspraak.nl
Eigendom en gebruik van zolderverdieping boven buurpand door horizontale natrekking
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Amsterdam werd behandeld, ging het om de eigendom van een zolderverdieping boven een buurpand. De appellante, eigenaar van het pand aan de (...) 1089, vorderde onder andere te verklaren dat zij volledig en onbezwaard eigenaar was van de zolderverdieping van haar pand. De geïntimeerde, eigenaar van het pand aan de (...) 1091, stelde dat hij door horizontale natrekking eigenaar was geworden van de zolderverdieping boven 1089. De feiten gaan terug tot het begin van de 20e eeuw, toen de panden aan elkaar werden verbonden en de zolderverdiepingen werden samengevoegd tot één groot atelier. De eigendom van de panden is door de jaren heen overgedragen, waarbij erfdienstbaarheden zijn gevestigd die het gebruik van de zolderverdieping betroffen.
Het hof oordeelde dat de zolderverdieping boven 1089 een bestanddeel vormt van 1091 en dat de geïntimeerde door horizontale natrekking eigenaar is geworden van deze zolderverdieping. Het hof concludeerde dat de erfdienstbaarheid die in 1970 was gevestigd niet afhankelijk was van het leven van de rechthebbende, maar van het bestaan van de onroerende zaken. De grieven van de appellante werden verworpen, en het hof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank, waarbij de appellante werd veroordeeld in de proceskosten.
Deze uitspraak benadrukt de juridische principes van eigendom en erfdienstbaarheid in het civiele recht, en hoe deze van toepassing zijn op onroerende zaken die met elkaar zijn verbonden.