ECLI:NL:GHAMS:2005:AV3085
Gerechtshof Amsterdam
- Versnelde behandeling
- Rechtspraak.nl
Ontvankelijkheid van hoger beroep in civiele zaak tussen Remaz B.V. en [B]
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Amsterdam diende, ging het om de ontvankelijkheid van Remaz B.V. in hoger beroep tegen een vonnis van de kantonrechter in Utrecht. Remaz had hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van 17 november 2004, waarin [B] als eiseres was opgetreden. De partijen hadden afgesproken dat de uitkomst van het hoger beroep geen invloed zou hebben op hun rechtsverhouding, wat het hof deed besluiten dat er onvoldoende belang was bij het ingestelde rechtsmiddel. Dit werd verder onderbouwd door het feit dat aan een uitspraak in kort geding geen gezag van gewijsde toekomt.
Tijdens de zitting op 25 november 2005 werd duidelijk dat Remaz volledig had voldaan aan de uitspraak van de kantonrechter, inclusief de proceskosten. De advocaten van beide partijen gaven aan dat de uitspraak van het hof alleen van principieel belang was voor Remaz. Het hof vroeg zich af of deze afspraak niet zou leiden tot een ontvankelijkheidsbeletsel voor Remaz. Na beraad concludeerde het hof dat de afspraak inderdaad een beletsel vormde voor de ontvankelijkheid van het hoger beroep.
Het hof oordeelde dat het door Remaz gestelde principiële belang niet voldoende was om het hoger beroep ontvankelijk te verklaren. Bovendien was het hoger beroep tegen de mondelinge beslissing van de kantonrechter te laat ingesteld, aangezien dit niet binnen de wettelijke termijn van vier weken was gedaan. Het hof verklaarde Remaz niet-ontvankelijk in het hoger beroep en bepaalde dat ieder van de partijen de eigen kosten van het hoger beroep zou dragen. Deze uitspraak werd openbaar uitgesproken op 8 december 2005.