ECLI:NL:GHAMS:2004:AS3477
Gerechtshof Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- F.H.M. Possen
- E.M. Vrouwenvelder
- E.N. Punt
- Rechtspraak.nl
Indeling van terreinvoertuigen in het Gemeenschappelijk douanetarief
In deze zaak, die werd behandeld door de Douanekamer van het Gerechtshof Amsterdam, ging het om de indeling van verschillende types terreinvoertuigen in het Gemeenschappelijk douanetarief (GDT). De belanghebbende, E N.V., had acht aanvraagformulieren ingediend voor bindende tariefinlichtingen, waarbij de inspecteur deze voertuigen indelde onder post 8703 21 10, wat betekent dat ze hoofdzakelijk ontworpen zijn voor personenvervoer. De belanghebbende betwistte deze indeling en stelde dat de voertuigen speciaal zijn gemaakt om andere werktuigen, voertuigen of lasten te trekken of voort te duwen, en daarom onder post 8701 90 11 zouden moeten vallen.
De Douanekamer oordeelde dat de voertuigen, gezien hun eigenschappen en kenmerken, inderdaad zijn ontworpen voor gebruik op moeilijk begaanbare terreinen en dat ze hoofdzakelijk zijn bedoeld voor het trekken of voortduwen van andere voertuigen of werktuigen. De inspecteur had niet voldoende bewijs geleverd dat de voertuigen hoofdzakelijk voor personenvervoer zijn ontworpen. De Douanekamer verwees naar eerdere uitspraken van de Tariefcommissie en de indelingsverordening van de Commissie, die in dit geval niet van toepassing leek te zijn.
De Douanekamer besloot om het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen te verzoeken om een prejudiciële beslissing over de geldigheid van de indelingsverordening, en of de voertuigen onder post 8701 90 kunnen worden ingedeeld. De zaak werd geschorst totdat het Hof van Justitie uitspraak zou doen. De uitspraak van de Douanekamer vond plaats op 28 december 2004, en de beslissing werd op dezelfde dag in het openbaar uitgesproken.