ECLI:NL:CRVB:2025:795
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van verzet in hoger beroep tegen uitspraak rechtbank Rotterdam
Op 15 mei 2025 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 23/2631 TOZO-V. Deze uitspraak betreft het verzet dat door de appellant, vertegenwoordigd door L.J. Schippers, is ingediend tegen een eerdere uitspraak van de Raad van 4 juni 2024. In die uitspraak werd het hoger beroep van de appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 4 augustus 2023 niet-ontvankelijk verklaard, omdat het griffierecht niet was betaald.
Tijdens de zitting op 17 april 2025 zijn partijen niet verschenen, met uitzondering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dordrecht, dat voorafgaand aan de zitting een bericht had gestuurd. De Raad heeft de gemachtigde van de appellant in de gelegenheid gesteld om de gronden van het verzet in te dienen, maar ondanks herhaalde verzoeken zijn er geen gronden ontvangen.
De Raad heeft geconcludeerd dat het verzet niet-ontvankelijk moet worden verklaard, omdat de appellant niet heeft voldaan aan de vereisten om het verzet inhoudelijk te kunnen behandelen. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling in deze zaak. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door J.C. Boeree, met S. Pouw als griffier.