ECLI:NL:CRVB:2025:282
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Weigering terug te komen van het besluit tot beëindiging van de ZW-uitkering wegens long-covid klachten
In deze zaak gaat het om de weigering van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) om terug te komen van een eerder besluit van 7 juli 2021, waarbij de Ziektewet (ZW)-uitkering van appellante is beëindigd. Appellante stelt dat zij destijds niet bekend was met haar long-covidsyndroom, wat volgens haar een reden zou moeten zijn om het eerdere besluit te herzien. De Centrale Raad van Beroep heeft op 19 februari 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep, waarbij het de eerdere beslissing van de rechtbank Rotterdam bevestigde. De rechtbank had geoordeeld dat het Uwv zorgvuldig had gehandeld en dat er geen nieuwe feiten of omstandigheden waren die een herziening van het besluit rechtvaardigden. De Raad concludeert dat de latere vastgestelde long-covid klachten geen ander licht werpen op de situatie van appellante op de datum van het eerdere besluit. De Raad onderschrijft de overwegingen van de rechtbank en komt tot de conclusie dat het hoger beroep niet slaagt. Appellante krijgt geen vergoeding voor proceskosten en griffierecht.