Uitspraak
29 november 2024, 23/1697
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft appellant, vertegenwoordigd door mr. A. Dragt, hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Overijssel. De rechtbank had op 29 november 2024 uitspraak gedaan in de zaak met nummer 23/1697. Het hoger beroep is ingediend op 12 augustus 2025, maar het beroepschrift bevatte geen gronden, zoals vereist volgens artikel 6:5 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De gemachtigde van appellant is meerdere keren in de gelegenheid gesteld om dit verzuim te herstellen, maar heeft deze kansen ongebruikt laten voorbijgaan. Hierdoor is het hoger beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard door de Centrale Raad van Beroep. De uitspraak is gedaan door M. Wolfrat, met A. Giesen als griffier, en is openbaar uitgesproken op dezelfde datum. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling, en belanghebbenden kunnen binnen zes weken na verzending van het afschrift van deze uitspraak schriftelijk verzet doen.