Uitspraak
OVERWEGINGEN
10 december 2021 en de beperkingen van appellant vastgelegd in een Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) van dezelfde datum. Een arbeidsdeskundige heeft appellant vervolgens op basis daarvan geschikt geacht voor de functies inpakker, bezorger pakketten en productiemedewerker industrie. Berekend is dat appellant 21,13% arbeidsongeschikt is. Het Uwv heeft bij besluit van 28 december 2021 de WIA-aanvraag van appellant per 18 januari 2022 afgewezen, omdat hij minder dan 35% arbeidsongeschikt is.
8 augustus 2022 een hoorzitting gehouden, waarna de verzekeringsarts bezwaar en beroep appellant op het spreekuur heeft onderzocht. Deze arts heeft de bevindingen genoteerd in het rapport van 8 augustus 2022 en aanleiding gezien de FML aan te vullen met fysieke beperkingen ten aanzien van hand- en vingervaardigheid en het gebruik van de linkerschouder, en psychische beperkingen ten aanzien van stresserende omstandigheden. De arbeidsdeskundige bezwaar en beroep heeft op basis van deze FML geconcludeerd dat de geselecteerde functies niet langer geschikt zijn voor appellant en er onvoldoende geschikte functies resteren. Tijdens een aanvullende CBBS-raadpleging zijn bovendien onvoldoende vervangende functies gevonden. Appellant is daarom volledig arbeidsongeschikt bevonden. Het Uwv heeft appellant bij besluit van 7 september 2022 per 18 januari 2022 in aanmerking gebracht voor een WIA-uitkering, berekend naar een arbeidsongeschiktheidsklasse van
80-100%. Het Uwv heeft het bezwaar van appellant tegen het besluit van 28 december 2021 bij besluit van 14 september 2022 (bestreden besluit) gegrond verklaard. Het besluit van
7 september 2022 komt in de plaats van het besluit van 28 december 2021.
Het oordeel van de Raad
18 januari 2022 nog te verwachten was, onvoldoende heeft gemotiveerd.
Conclusie en gevolgen
IVA-uitkering, waarbij deze uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde bestreden besluit.
BESLISSING
7 van deze uitspraak is vermeld;