ECLI:NL:CRVB:2024:2452
Centrale Raad van Beroep
- Proces-verbaal
- P.W. van Straalen
- R.R. Olde Egberink
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag om bijstand op basis van vermogen uit verkoop woning
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 17 december 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de afwijzing van een aanvraag om bijstand ingevolge de Participatiewet (PW) door het college van burgemeester en wethouders van Haarlem. De aanvraag werd afgewezen op basis van het feit dat appellante beschikte over een vermogen dat boven de geldende vermogensgrens lag, voortkomend uit de verkoop van een woning die zij samen met haar ex-partner had verkocht. De rechtbank Noord-Holland had eerder het beroep van appellante ongegrond verklaard en het bestreden besluit van het college gehandhaafd.
De Centrale Raad oordeelde dat het college terecht had vastgesteld dat appellante een aandeel van 50% in de verkoopopbrengst van de woning had, wat neerkwam op € 107.753,80, en dat haar banksaldo van € 200,83 ook meetelde. Appellante had slechts een deel van haar totale schuld van € 12.455,13 aannemelijk gemaakt, terwijl het college en de rechtbank geen rekening hadden gehouden met de door appellante gestelde totale schuld aan de vader van haar ex-partner van € 145.745,68. De Raad concludeerde echter dat, zelfs als deze schuld in aanmerking werd genomen, appellante nog steeds over een vermogen beschikte dat boven de vrij te laten grens lag.
De Raad bevestigde de eerdere uitspraak en oordeelde dat de afwijzing van de aanvraag om bijstand in stand bleef. Appellante kreeg geen vergoeding voor haar proceskosten en het betaalde griffierecht werd niet teruggegeven. De uitspraak werd gedaan in het openbaar en is vastgelegd in een proces-verbaal.