Uitspraak
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
Inleiding
.Zij heeft zich op het standpunt gesteld dat het onderzoek zorgvuldig is geweest en dat het Uwv voldoende rekening heeft gehouden met de psychische en lichamelijke klachten van appellante
.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om de beëindiging van de WIA-uitkering van appellante per 24 februari 2022, omdat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt zou zijn. Appellante betwist deze beslissing van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) en stelt dat zij meer beperkingen heeft dan het Uwv heeft aangenomen. De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak behandeld op 6 november 2024, waarbij appellante werd bijgestaan door haar advocaat, mr. A.C. Mens. Het Uwv werd vertegenwoordigd door A. Anandbahadoer en de ex-werkgeefster door mr. M. Zuidema. De Raad oordeelt dat het medisch onderzoek zorgvuldig is uitgevoerd en dat de conclusies van het Uwv juist zijn. De rechtbank had eerder het beroep van appellante ongegrond verklaard, en de Raad bevestigt deze uitspraak. De Raad concludeert dat er geen aanleiding is om te twijfelen aan de medische beoordeling van het Uwv en dat appellante in staat is om de geselecteerde functies te vervullen, ondanks haar klachten. De beëindiging van de WIA-uitkering blijft daarom in stand.