ECLI:NL:CRVB:2024:1738
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing WIA-uitkering wegens onvoldoende arbeidsongeschiktheid met medische en arbeidskundige onderbouwing
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan op het hoger beroep van appellant tegen de afwijzing van zijn WIA-uitkering door het Uwv. Appellant, die zich ziek had gemeld met fysieke klachten, had een WIA-uitkering aangevraagd, maar het Uwv had deze aanvraag afgewezen omdat appellant minder dan 35% arbeidsongeschikt werd geacht. De Raad heeft de zaak behandeld op een zitting waar appellant werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. D.D. Pietersz, en het Uwv werd vertegenwoordigd door E.S. Träger. De Raad heeft vastgesteld dat de medische en arbeidskundige onderbouwing van het Uwv voldoende was en dat de geselecteerde functies passend waren voor appellant. De rechtbank had eerder het beroep van appellant tegen het besluit van het Uwv ongegrond verklaard, en de Raad heeft deze uitspraak bevestigd. Appellant heeft in hoger beroep geen nieuwe medische informatie gepresenteerd die zijn standpunt onderbouwde. De Raad concludeert dat er geen reden is om te twijfelen aan de medische beoordeling van het Uwv en dat er geen grond is voor het toekennen van een schadevergoeding. De uitspraak van de rechtbank blijft in stand, en het verzoek om schadevergoeding wordt afgewezen.