ECLI:NL:CRVB:2024:1733
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Weigering van de Indicatie banenafspraak op basis van medisch en arbeidskundig onderzoek
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 4 september 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Gelderland. Appellante, die beperkingen ondervindt in haar persoonlijk en sociaal functioneren, had een aanvraag ingediend voor een Indicatie banenafspraak bij het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv). Het Uwv had deze aanvraag afgewezen, omdat appellante volgens hun beoordeling geen arbeidsvermogen had. Appellante was het niet eens met deze beslissing en stelde dat zij wel degelijk over arbeidsvermogen beschikte. De Raad heeft de zaak behandeld op een zitting op 12 juni 2024, waar appellante werd bijgestaan door haar broer en het Uwv werd vertegenwoordigd door mr. M.W.A. Blind.
De Raad heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig gewogen. Appellante had eerder een aanvraag ingediend, maar het Uwv concludeerde op basis van medisch onderzoek dat zij aanmerkelijke beperkingen had en daardoor niet voldeed aan de criteria voor de Indicatie banenafspraak. De rechtbank Gelderland had het beroep van appellante tegen het besluit van het Uwv ongegrond verklaard. De Raad heeft de argumenten van appellante in hoger beroep heroverwogen, maar kwam tot de conclusie dat er geen aanleiding was om te twijfelen aan de eerdere beoordelingen van de verzekeringsartsen en arbeidsdeskundigen. De Raad bevestigde dat appellante op het moment van de aanvraag geen arbeidsvermogen had en dat de weigering van de Indicatie banenafspraak terecht was.
De Raad heeft ook opgemerkt dat appellante inmiddels als zelfstandige is begonnen, maar dit veranderde niets aan de beoordeling van haar situatie ten tijde van de aanvraag. De uitspraak van de Raad houdt in dat de eerdere beslissing van het Uwv in stand blijft, en appellante krijgt het betaalde griffierecht niet terug. De uitspraak is openbaar gemaakt en ondertekend door de voorzitter en de griffier.