ECLI:NL:CRVB:2024:1592

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
1 augustus 2024
Publicatiedatum
8 augustus 2024
Zaaknummer
23/3112 ANW-V
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Verzet
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzet ongegrond tegen niet-ontvankelijk verklaard hoger beroep wegens niet-betaling griffierecht

Op 1 augustus 2024 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 23/3112 ANW-V. Deze uitspraak betreft het verzet van appellante tegen een eerder besluit waarin haar hoger beroep niet-ontvankelijk was verklaard. De reden voor deze niet-ontvankelijkheid was de niet-betaling van het griffierecht. Appellante, die in Marokko woont, had in haar verzet aangegeven dat zij herziening van het besluit wenste, maar heeft geen verklaring gegeven voor het niet betalen van het griffierecht. Tijdens de zitting op 11 juli 2024 zijn partijen niet verschenen. De Raad heeft overwogen dat de gronden van appellante niet voldoende zijn om het eerdere besluit te herzien. Daarom is het verzet ongegrond verklaard. De Raad heeft ook besloten om geen proceskosten aan appellante te vergoeden. De uitspraak is gedaan door J.C. Boeree, in tegenwoordigheid van griffier E.P.J.M. Claerhoudt, en is openbaar uitgesproken op dezelfde datum.

Uitspraak

Datum uitspraak: 1 augustus 2024
23/3112 ANW-V
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
Uitspraak op het verzet in verband met het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam 4 oktober 2023, 23/479 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[appellante] te [woonplaats] , Marokko (appellante)
de Raad van bestuur van de Sociale Verzekeringsbank (Svb)

PROCESVERLOOP

In de uitspraak van 5 april 2024 heeft de Raad het door appellante ingestelde hoger beroep tegen de aangevallen uitspraak niet-ontvankelijk verklaard omdat het griffierecht niet is betaald.
Appellante heeft verzet ingediend.
Het verzet is behandeld op de zitting van 11 juli 2024. Partijen zijn niet verschenen.

OVERWEGINGEN

Appellante schrijft in haar verzet dat zij graag herziening wil omdat zij tegen het besluit is.
Met haar gronden heeft appellante geen reden gegeven waarom zij het griffierecht niet heeft betaald. Daarmee is het hoger beroep terecht niet-ontvankelijk verklaard.
Dit betekent dat het verzet ongegrond wordt verklaard.
De Raad ziet geen aanleiding om proceskosten aan appellante te vergoeden.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep verklaart het verzet ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door J.C. Boeree, in tegenwoordigheid van E.P.J.M. Claerhoudt als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 1 augustus 2024.
(getekend) J.C. Boeree
(getekend) E.P.J.M. Claerhoudt