ECLI:NL:CRVB:2024:1138
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing herzieningsverzoek inzake bijstandsintrekking en terugvordering
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 28 mei 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de afwijzing van een herzieningsverzoek door het college van burgemeester en wethouders van Almelo. Appellante, die eerder bijstand ontving, had verzocht om herziening van een besluit tot intrekking en terugvordering van bijstand, gebaseerd op een vonnis van de rechtbank in Ankara, Turkije. Het college had dit verzoek afgewezen, stellende dat het vonnis geen nieuw gebleken feit of veranderde omstandigheid was in de zin van artikel 4:6 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Raad oordeelde dat het vonnis weliswaar een nieuw gegeven was, maar niet voldeed aan de criteria voor nieuw gebleken feiten. De Raad bevestigde dat het college terecht had geoordeeld dat appellante niet had aangetoond dat zij niet over het appartement kon beschikken, ondanks de aankoop en verkoop ervan. De Raad concludeerde dat de afwijzing van het herzieningsverzoek niet evident onredelijk was en bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank.