Uitspraak
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
Inleiding
Het hoger beroep van appellante
GGZ InGeest (FACT-team) van 19 januari 2023 overgelegd. Hieruit blijkt dat appellante vanaf januari 2022 in behandeling is bij het FACT-team, waar mensen worden behandeld die op meerdere levensgebieden tegen problemen aanlopen en last hebben van ernstige psychiatrische aandoeningen. Bij appellante is de diagnose andere gespecificeerde schizofreniespectrum- of andere psychotische stoornis vastgesteld alsmede een
obsessieve compulsieve stoornis. Uit deze verklaring blijkt verder dat er nog diagnostisch onderzoek wordt verricht naar autisme en persoonlijkheidsstoornissen. Verder heeft appellante een kopie van een medicijnendoosje overgelegd, waaruit blijkt dat zij Risperidon gebruikt.
Het standpunt van het Uwv
Het oordeel van de Raad
schizofreniespectrum- of andere psychotische stoornis. Het standpunt van het Uwv dat er geen aanwijzingen zijn dat op de datum in geding al sprake was van deze diagnose volgt de Raad niet. Het enkele gegeven dat in de brief van 8 december 2020 van Leven & Zorg de diagnose van psychotische stoornis niet wordt gesteld en dat geen concentratieproblemen worden genoemd, is daartoe onvoldoende. De Raad acht hierbij van belang dat de informatie in die brief uitsluitend is gebaseerd op een intake in augustus 2020 aangezien de behandeling van appellante bij Leven & Zorg ten tijde van het primaire onderzoek nog van start moest gaan. Bovendien was appellante op 2 maart 2020 al door de huisarts doorverwezen naar Leven & Zorg vanwege verdenking van een psychotische stoornis. Verder komt uit het dossier niet duidelijk naar voren dat het ziektebeeld van appellante is gewijzigd sinds de datum in geding. Appellante was ook op de datum in geding bekend met psychische klachten, woedeaanvallen en het horen van stemmen. Het vorenstaande is des te meer van belang nu de verzekeringsarts bezwaar en beroep in het rapport van 3 mei 2023 heeft erkend dat bij de diagnose van een psychotische stoornis doorgaans meer beperkingen in de FML aan de orde zijn, dan nu in de FML van 19 oktober 2020 zijn aangenomen.
Conclusie en gevolgen
1 punt voor het verschijnen op zitting) en € 875,- in hoger beroep (1 punt voor het indienen van een hoger beroepschrift). Ook is er aanleiding het Uwv te veroordelen tot vergoeding van het door appellante in beroep en in hoger beroep betaalde griffierecht.