ECLI:NL:CRVB:2024:1008
Centrale Raad van Beroep
- Proceskostenveroordeling
- S.B. Smit-Colenbrander
- S.C. Scholten
- Rechtspraak.nl
Proceskostenveroordeling in hoger beroep na intrekking door appellante
In deze zaak heeft appellante, vertegenwoordigd door mr. E.V. Huisman en later door mr. F. Reith, hoger beroep ingesteld tegen een beslissing van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv). Het Uwv had op 10 oktober 2023, aangevuld op 21 november 2023, een gewijzigde beslissing op bezwaar genomen, waarmee het volledig tegemoetkwam aan de bezwaren van appellante. Op 5 februari 2024 heeft mr. Reith namens appellante het hoger beroep ingetrokken en verzocht om een proceskostenveroordeling voor het Uwv. Het Uwv heeft geen bezwaar gemaakt tegen dit verzoek.
De Centrale Raad van Beroep heeft, onder toepassing van artikel 8:57 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), besloten het onderzoek ter zitting achterwege te laten. De Raad heeft overwogen dat, volgens artikel 8:75a van de Awb, het bestuursorgaan kan worden veroordeeld in de kosten indien het beroep wordt ingetrokken omdat het bestuursorgaan tegemoet is gekomen aan de indiener van het beroepschrift. Aangezien het Uwv volledig aan de bezwaren van appellante is tegemoetgekomen, heeft de Raad besloten het Uwv te veroordelen in de proceskosten die appellante heeft gemaakt in verband met de behandeling van het beroep en het hoger beroep.
De proceskosten zijn begroot op € 5.250,-, inclusief het door appellante betaalde griffierecht van € 172,-. De uitspraak is gedaan door S.B. Smit-Colenbrander, in tegenwoordigheid van S.C. Scholten als griffier, en is openbaar uitgesproken op 16 mei 2024.