Uitspraak
12 oktober 2022, 19/2165 (aangevallen uitspraak)
OVERWEGINGEN
SamenvattingHet gaat in deze zaak over de vraag of het Uwv terecht heeft geweigerd betrokkene per28 november 2018 een WIA-uitkering toe te kennen, omdat zij minder dan35% arbeidsongeschikt is. Volgens betrokkene heeft zij meer (medische) beperkingen dan het Uwv heeft aangenomen. Daarom kan zij niet de door de arbeidsdeskundige geselecteerde functies vervullen. De Raad volgt dit standpunt niet en komt tot het oordeel dat het Uwv terecht geen WIA-uitkering heeft toegekend.
Inleiding
28 september 2018. Een arbeidsdeskundige heeft vastgesteld dat appellante niet meer geschikt is voor haar laatste werk. De arbeidsdeskundige heeft vervolgens voor appellante functies geselecteerd. Het Uwv heeft bij besluit van 17 oktober 2018 geweigerd appellante met ingang van 28 november 2018 een WIA-uitkering toe te kennen, omdat zij minder dan
35% arbeidsongeschikt is.
Boogaard-Blom de bevindingen die zijzelf heeft aangegeven onderschreven en onderkend.