Uitspraak
21 1476 WIA
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam, waarin de beëindiging van haar WIA-uitkering werd bevestigd. Appellante, die zich sinds 2008 ziekmeldde, heeft verschillende uitkeringen ontvangen op basis van haar arbeidsongeschiktheid. De Centrale Raad van Beroep heeft de mate van arbeidsongeschiktheid vastgesteld op 63,77% en de verlaging van de WIA-uitkering door het Uwv bekrachtigd. De rechtbank oordeelde dat appellante niet volledig arbeidsongeschikt is, en dat de door het Uwv vastgestelde belastbaarheid juist is. Appellante heeft in hoger beroep herhaald dat zij volledig arbeidsongeschikt is en dat er onvoldoende rekening is gehouden met haar psychische en lichamelijke beperkingen. De Raad heeft echter geoordeeld dat de eerdere beoordelingen van de verzekeringsartsen correct waren en dat er geen reden is om aan de juistheid van de FML te twijfelen. Het verzoek van appellante om een onafhankelijk deskundige te benoemen werd afgewezen, omdat er geen bewijs was van een schending van de equality of arms. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en wees het verzoek om schadevergoeding af.