ECLI:NL:CRVB:2023:659
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijkverklaring hoger beroep gegrond; niet tijdig betalen griffierecht verschoonbaar
Op 24 maart 2023 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 21/4227 PW-V. Deze uitspraak betreft een verzet tegen de niet-ontvankelijkverklaring van het hoger beroep van de appellant. De appellant had eerder in een uitspraak van 13 september 2022 te horen gekregen dat zijn hoger beroep niet-ontvankelijk was verklaard omdat het griffierecht niet tijdig was betaald. In het verzet is echter gebleken dat de appellant op 28 januari 2022 een formulier over betalingsonmacht heeft ontvangen, dit formulier dezelfde dag heeft ingevuld en per gewone post heeft teruggestuurd naar de Raad. Dit toont aan dat de appellant verschoonbaar te laat was met de betaling van het griffierecht.
De Centrale Raad van Beroep heeft het verzet gegrond verklaard, wat betekent dat de eerdere uitspraak van 13 september 2022 vervalt. Het onderzoek in de zaak zal worden voortgezet in de stand waarin het zich bevond. De Raad heeft geen aanleiding gezien om de appellant te veroordelen in de proceskosten van het verzet. De uitspraak werd gedaan door de enkelvoudige kamer, met J.C. Boeree als voorzitter en K.M. Geerman als griffier. De zaak is van belang voor de rechtspraktijk, omdat het aantoont dat er omstandigheden kunnen zijn die een te late betaling van griffierecht verschoonbaar maken.