Uitspraak
21 2349 PW
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- wijst het verzoek om veroordeling tot vergoeding van schade af.
Centrale Raad van Beroep
In deze uitspraak van de Centrale Raad van Beroep op 28 maart 2023, wordt de afwijzing van een aanvraag om individuele inkomenstoeslag met terugwerkende kracht behandeld. Appellante, die sinds 1 mei 2015 bijstand ontvangt, had een aanvraag ingediend voor een individuele inkomenstoeslag met terugwerkende kracht vanaf 2012. Het college van burgemeester en wethouders van Schiedam had deze aanvraag afgewezen, omdat er volgens hen geen bijzondere omstandigheden waren die een toekenning met terugwerkende kracht rechtvaardigden. De Raad oordeelt dat onbekendheid met de wettelijke regeling en een gebrek aan voorlichting geen bijzondere omstandigheden zijn. De medische omstandigheden van appellante werden ook niet als zodanig erkend, aangezien zij in de betreffende periode wel aanvragen voor bijzondere bijstand had kunnen indienen.
De rechtbank Rotterdam had eerder het beroep van appellante tegen de afwijzing ongegrond verklaard. In hoger beroep herhaalde appellante haar argumenten, maar de Raad concludeerde dat de rechtbank terecht had geoordeeld. De Raad bevestigde de afwijzing van de aanvraag en wees het verzoek om schadevergoeding af, omdat er geen grond voor was. De uitspraak benadrukt dat de verlening van de individuele inkomenstoeslag in beginsel niet met terugwerkende kracht kan worden verleend, tenzij bijzondere omstandigheden dat rechtvaardigen, wat in dit geval niet werd aangetoond.