ECLI:NL:CRVB:2023:530
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beëindiging van ZW-uitkering na zorgvuldig medisch onderzoek zonder benoeming deskundige
In deze zaak heeft appellant hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Overijssel, die zijn beroep tegen het besluit van het Uwv om zijn ZW-uitkering te beëindigen ongegrond heeft verklaard. Appellant was werkzaam als servicedeskmedewerker en heeft zich op 2 april 2019 ziekgemeld. Het Uwv heeft hem op 14 mei 2019 een ZW-uitkering toegekend, maar heeft deze per 19 juni 2019 beëindigd op basis van een medisch onderzoek door een verzekeringsarts. De rechtbank heeft geoordeeld dat het medisch onderzoek zorgvuldig is uitgevoerd en dat er geen reden is om aan de medische beoordeling te twijfelen. Appellant heeft in hoger beroep aangevoerd dat de rechtbank ten onrechte heeft geoordeeld dat hij niet adequaat met zijn aandoeningen omgaat en dat er betere behandelingen mogelijk zijn. De Raad onderschrijft echter het oordeel van de rechtbank en concludeert dat het hoger beroep niet slaagt. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en wijst het verzoek om schadevergoeding af.