Uitspraak
OVERWEGINGEN
25 juli 2023 zijn onvoldoende om hierover anders te oordelen.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 21 december 2023 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellante tegen de beslissing van het Uwv met betrekking tot haar WIA-uitkering. De Raad heeft eerder op 12 januari 2023 een tussenuitspraak gedaan waarin werd vastgesteld dat de psychische beperkingen van appellante in de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) niet correct waren vastgesteld. Het Uwv heeft vervolgens de FML aangepast, maar appellante betwistte dat deze aanpassing voldoende was om haar beperkingen adequaat te weerspiegelen. De Raad oordeelde dat de aanpassingen in de FML, die op 15 februari 2023 zijn gedaan, in overeenstemming zijn met de bevindingen van de psychiater Henselmans. De Raad concludeerde dat appellante nog steeds minder dan 35% arbeidsongeschikt is en dat het Uwv terecht heeft besloten haar WIA-aanvraag af te wijzen. De Raad heeft het bestreden besluit van 10 september 2021 vernietigd, maar de rechtsgevolgen van dit besluit in stand gehouden. Tevens is het Uwv veroordeeld tot het betalen van proceskosten aan appellante, die in totaal € 3.766,50 bedragen, en het griffierecht van € 185,- dient te vergoeden.