ECLI:NL:CRVB:2023:2427
Centrale Raad van Beroep
- Proceskostenveroordeling
- Rechtspraak.nl
Proceskostenveroordeling na intrekking hoger beroep in sociale zekerheidszaak
Op 21 december 2023 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 22/638 WIA. Deze uitspraak betreft een hoger beroep dat door appellante, vertegenwoordigd door mr. R. Küçükünal, advocaat, was ingesteld tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 16 februari 2022. Appellante heeft echter het hoger beroep ingetrokken en verzocht om een proceskostenveroordeling van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv). Het Uwv heeft geen verweerschrift ingediend en het onderzoek ter zitting is achterwege gelaten op basis van artikel 8:57 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Raad heeft vastgesteld dat het Uwv met een gewijzigde beslissing op bezwaar op 3 januari 2023 aan de appellante tegemoet is gekomen, wat de intrekking van het hoger beroep heeft gerechtvaardigd.
De Centrale Raad van Beroep heeft vervolgens geoordeeld dat het Uwv in de proceskosten van appellante moet worden veroordeeld. De kosten in beroep zijn begroot op € 1.674,- en de kosten in hoger beroep op € 837,-, wat leidt tot een totaalbedrag van € 2.511,- dat het Uwv aan appellante moet vergoeden. Daarnaast moet het Uwv het door appellante betaalde griffierecht van in totaal € 185,- vergoeden. De uitspraak is gedaan door E.W. Akkerman, in tegenwoordigheid van griffier S.C. Scholten, en is openbaar uitgesproken op dezelfde datum.