ECLI:NL:CRVB:2023:1988

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
13 oktober 2023
Publicatiedatum
1 november 2023
Zaaknummer
22/2277 ZW-V
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Verzet
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzet tegen niet-ontvankelijkverklaring van hoger beroep inzake vrijstelling griffierecht

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 13 oktober 2023 uitspraak gedaan in het verzet van appellant tegen de niet-ontvankelijkverklaring van zijn hoger beroep. De appellant had eerder hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 3 juni 2022, maar zijn beroep werd op 30 maart 2023 niet-ontvankelijk verklaard omdat het griffierecht niet was betaald. Appellant heeft vervolgens verzet aangetekend, waarbij hij aanvoerde dat hem ten onrechte geen vrijstelling van het griffierecht was verleend. De Raad heeft de argumenten van appellant in overweging genomen en vastgesteld dat hij voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij geen inkomen heeft. Hierdoor komt hij in aanmerking voor vrijstelling van het griffierecht. De Raad heeft het verzet gegrond verklaard, wat betekent dat het onderzoek naar het hoger beroep wordt hervat in de stand waarin het zich bevond. De uitspraak is gedaan door J.C. Boeree, in aanwezigheid van griffier T. Hemelrijk-van den Oudenalder, en is openbaar uitgesproken op 13 oktober 2023.

Uitspraak

Datum uitspraak: 13 oktober 2023
22/2277 ZW-V
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
Uitspraak op het verzet in verband met het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 3 juni 2022, 21/3878 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[appellant] te [woonplaats] , (appellant)
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv)

PROCESVERLOOP

In de uitspraak van 30 maart 2023 heeft de Raad het door appellant ingestelde hoger beroep tegen de aangevallen uitspraak niet-ontvankelijk verklaard.
Appellant is het niet eens met de niet-ontvankelijkverklaring en heeft verzet ingediend.

OVERWEGINGEN

De Raad heeft het hoger beroep van appellant in de uitspraak van 30 maart 2023 niet-ontvankelijk verklaard omdat het griffierecht niet was betaald.
In verzet heeft appellant aangevoerd dat hem ten onrechte geen vrijstelling van het griffierecht is verleend.
De Raad is van oordeel dat appellant voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij geen inkomen heeft en in aanmerking komt voor vrijstelling van het griffierecht.
De Raad komt dan ook tot het oordeel dat het verzet gegrond is. Dat betekent dat het onderzoek wordt hervat in de stand waarin het zich bevond.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep verklaart het verzet gegrond.
Deze uitspraak is gedaan door J.C. Boeree, in tegenwoordigheid van
T. Hemelrijk-van den Oudenalder als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 13 oktober 2023.
(getekend) J.C. Boeree
(getekend) T. Hemelrijk-van den Oudenalder.