ECLI:NL:CRVB:2023:1823
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- B.J. van de Griend
- L.M. Tobé
- A.T. Marseille
- Rechtspraak.nl
Eervol ontslag op andere gronden en de beoordeling van impasse in het bestuursrecht
In deze zaak gaat het om de vraag of het college van burgemeester en wethouders appellant eervol ontslag heeft mogen verlenen op andere gronden, zoals bedoeld in artikel 8:8 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst (CAR/UWO). De Centrale Raad van Beroep heeft op 21 september 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland. De rechtbank had het beroep van appellant deels gegrond verklaard, maar de Raad oordeelt dat het ontslag stand houdt. Appellant, die sinds 1 januari 2020 eervol ontslag had gekregen, had bezwaar gemaakt tegen dit besluit, maar het college handhaafde het ontslag. De Raad concludeert dat er sprake was van een impasse die de voortzetting van het dienstverband in de weg stond. De Raad onderschrijft het oordeel van de rechtbank dat de arbeidsongeschiktheid van appellant niet betekent dat het college hem niet mocht ontslaan. De Raad stelt vast dat er al sinds 2013 problemen waren in het functioneren van appellant en dat er geen passende functies beschikbaar waren binnen de gemeente. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat appellant geen recht heeft op een aanvullende ontslagvergoeding, de zogenaamde 'plus'.