ECLI:NL:CRVB:2023:146
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep wegens niet tijdige betaling griffierecht
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 24 januari 2023 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland. Het hoger beroep was ingesteld door mr. M. Djamal, advocaat van appellant, tegen de uitspraak van 28 april 2022. De Raad heeft vastgesteld dat het griffierecht van € 136,- niet binnen de gestelde termijn was betaald. Appellant had een beroep gedaan op betalingsonmacht, maar de Raad heeft geoordeeld dat appellant niet aan de criteria voor betalingsonmacht voldeed. De gemachtigde van appellant was herhaaldelijk gewezen op de verplichting tot betaling van het griffierecht en de gevolgen van het niet tijdig betalen. Ondanks deze waarschuwingen is het griffierecht niet betaald, waardoor het hoger beroep kennelijk niet-ontvankelijk is verklaard. De Raad heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken verzet aan te tekenen tegen deze beslissing.