ECLI:NL:CRVB:2022:2186
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- S.B. Smit-Colenbrander
- J.M. Labage
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep wegens niet tijdig betalen griffierecht en ontbreken beroepsgronden
In deze zaak heeft appellante hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland. De Centrale Raad van Beroep heeft op 12 oktober 2022 uitspraak gedaan in de zaak met nummer 22/1556 WIA. De procedure betreft de niet-ontvankelijkheid van het hoger beroep, omdat appellante het verschuldigde griffierecht van € 136,- niet binnen de gestelde termijn heeft betaald. Appellante is herhaaldelijk gewezen op de verplichting tot betaling van het griffierecht, zowel per brief als per aangetekende post, maar heeft nagelaten om dit tijdig te doen.
Daarnaast heeft het ingediende beroepschrift geen gronden van beroep bevat, wat ook in strijd is met de vereisten van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Appellante is in de gelegenheid gesteld om dit verzuim te herstellen, maar heeft ook deze termijn ongebruikt laten verstrijken. De Centrale Raad van Beroep heeft geconcludeerd dat appellante in verzuim is geweest en dat het hoger beroep kennelijk niet-ontvankelijk is. De Raad heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is openbaar gedaan en appellante kan binnen zes weken na verzending van het afschrift van deze uitspraak schriftelijk verzet doen tegen deze beslissing.