Uitspraak
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
€ 541,- te worden geheven.
BESLISSING
- verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk;
- bepaalt dat van appellant een griffierecht van € 541,- wordt geheven.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlem hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Haarlem. De Centrale Raad van Beroep heeft op 14 juli 2022 uitspraak gedaan in deze zaak, geregistreerd onder nummer 21/2754 AW. De rechtbank had eerder op 17 juni 2021 in de zaak 20/2987 een uitspraak gedaan, waartegen het college in hoger beroep ging. Echter, het ingediende beroepschrift bevatte geen gronden, zoals vereist volgens artikel 6:5 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
De Centrale Raad van Beroep heeft het college in de gelegenheid gesteld om dit verzuim binnen vier weken te herstellen, maar het college heeft deze termijn ongebruikt laten verstrijken. Ook na een tweede aanmaning, waarbij opnieuw een termijn van vier weken werd gesteld, heeft het college geen gronden ingediend. De Raad heeft vastgesteld dat er geen redenen zijn die het verzuim kunnen verontschuldigen.
Hierdoor heeft de Centrale Raad van Beroep geoordeeld dat het hoger beroep kennelijk niet-ontvankelijk is. De aangevallen uitspraak van de rechtbank blijft in stand, en het college moet een griffierecht van € 541,- betalen. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door B.J. van de Griend, in tegenwoordigheid van D. van der Boom als griffier, en is openbaar uitgesproken op 14 juli 2022.