ECLI:NL:CRVB:2022:1871
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep wegens ontbreken van gronden
Op 18 augustus 2022 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 22/128 AW. Het hoger beroep is niet-ontvankelijk verklaard omdat het ingediende beroepschrift geen gronden bevatte. De appellant, vertegenwoordigd door mr. A. van Glabbeek, had de gelegenheid gekregen om dit verzuim te herstellen, maar heeft de gestelde termijnen ongebruikt laten verstrijken. De gemachtigde van appellant werd op 17 januari 2022 en opnieuw op 17 februari 2022 in de gelegenheid gesteld om de beroepsgronden in te dienen, maar heeft hier niet op gereageerd. Hierdoor kon de Centrale Raad van Beroep zonder verder onderzoek besluiten dat het hoger beroep niet-ontvankelijk was. De uitspraak is gedaan in het openbaar en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. Tegen deze uitspraak staat voor belanghebbenden en het bestuursorgaan een mogelijkheid tot verzet open binnen zes weken na verzending van het afschrift van de uitspraak.