Uitspraak
20 3863 WIA
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
23 maart 2020 en 5 juni 2020 overtuigend onderbouwd dat de drie aan de schatting ten grondslag gelegde functies (productiepuntlasser, medewerker bloemzaadproductie en algemeen productiemedewerker) passend zijn voor appellant. De functies vragen opleidingsniveau 1 en eenvoudige beheersing van de Nederlandse taal. De arbeidsdeskundige bezwaar en beroep heeft afdoende gemotiveerd dat de laaggeletterdheid van appellant, geen belemmering vormt voor de geschiktheid van de functies. Appellant is de Nederlandse taal en het begrip daarvan mondeling machtig, wat betekent dat van een taalbarrière geen sprake is. Ook heeft appellant zijn rijbewijs behaald en auto gereden zonder navigatie. De arbeidsdeskundige bezwaar en beroep heeft toegelicht dat er tegenwoordig veel technische mogelijkheden zijn, die ondersteunend kunnen zijn bij laaggeletterdheid en als algemeen gebruikelijk worden aangemerkt. De arbeidsdeskundige bezwaar en beroep heeft voorts voldoende gemotiveerd dat binnen de geselecteerde functies voldoende gelegenheid is voor de benodigde houdingsafwisseling, zodat wordt voldaan aan de voorwaarde dat bij statische houdingen vertreden mogelijk moet zijn. In de functie van productiepuntlasser wordt het staan na ieder kwartier onderbroken en is functioneel lopen aan de orde. Bij de functie van medewerker bloemzaadproductie kan van de werkgever gevergd worden om extra stoelen te plaatsen voor het bestuiven en plukken, waarmee het werk afwisselend staand en zittend kan worden uitgevoerd. Verder kan dit werk naar eigen inzicht onderbroken worden ten behoeve van het afwisselen van houding. De functie van algemeen productiemedewerker heeft ieder uur 15 loopmomenten, waarbij van houding wordt gewisseld. De gronden ten aanzien van de functie chauffeur groepsvervoer (SBC-code 11121) kunnen ten slotte onbesproken blijven omdat dit een reservefunctie betreft die geen invloed heeft op de mate van arbeidsongeschiktheid.