ECLI:NL:CRVB:2021:851
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet niet-ontvankelijk verklaard wegens niet ingediende gronden
Op 16 april 2021 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 19/3686 PW-V. Deze uitspraak betreft het verzet van appellante tegen een eerdere beslissing van de Raad, waarin het hoger beroep niet-ontvankelijk was verklaard. De aanleiding voor het verzet was de uitspraak van 4 augustus 2020, waarin de Raad oordeelde dat de gronden van het hoger beroep niet waren ingediend.
Appellante heeft op 5 maart 2021 ter zitting haar verzet toegelicht, terwijl het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Meierijstad niet vertegenwoordigd was. De Raad heeft appellante eerder, op 14 september 2020, verzocht om de gronden van het verzet in te dienen. Ondanks toezeggingen van appellante om deze gronden binnen enkele dagen te zenden, zijn deze nooit ontvangen.
De Raad heeft vastgesteld dat appellante geen gronden heeft ingediend, ondanks herhaalde verzoeken en waarschuwingen over de mogelijke niet-ontvankelijkheid van het verzet. Gezien het ontbreken van de benodigde gronden heeft de Centrale Raad van Beroep het verzet niet-ontvankelijk verklaard. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling, en de uitspraak is openbaar gedaan.