ECLI:NL:CRVB:2021:3322
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag gehandicaptenparkeerkaart op basis van medische adviezen
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 30 december 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag. De appellant had een aanvraag ingediend voor een gehandicaptenparkeerkaart type bestuurder, welke door het college van burgemeester en wethouders van Den Haag was afgewezen. De afwijzing was gebaseerd op medische adviezen van adviserend geneeskundige A. Martinez, die na onderzoek concludeerde dat de appellant niet beperkt was in zijn mobiliteit op een manier die een gehandicaptenparkeerkaart rechtvaardigde.
De rechtbank had het beroep van de appellant tegen de afwijzing ongegrond verklaard, waarbij werd overwogen dat er geen reden was om te twijfelen aan de bevoegdheid van de adviserend geneeskundige. De appellant had in hoger beroep grotendeels dezelfde gronden herhaald, maar de Raad oordeelde dat er geen nieuwe of andere gronden waren aangevoerd die de eerdere beslissing konden ondermijnen. De Raad onderschreef de overwegingen van de rechtbank en bevestigde de afwijzing van de aanvraag.
De uitspraak benadrukt het belang van medische adviezen in het besluitvormingsproces en de rol van de rechter in het toetsen van de rechtmatigheid van dergelijke besluiten. De Raad concludeerde dat de medische adviezen voldoende waren onderbouwd en dat de appellant geen overtuigende tegenargumenten had aangedragen. De uitspraak werd gedaan in het openbaar en er werd geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten.