ECLI:NL:CRVB:2021:3294
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- E.W. Akkerman
- E.X.R. Yi
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de belastbaarheid van appellante in het kader van de Ziektewet na beëindiging van de uitkering
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 23 december 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant. Appellante, die in het verleden ziek was door rugklachten, had zich opnieuw ziek gemeld en ontving ziekengeld op basis van de Ziektewet. Het Uwv beëindigde haar uitkering per 24 oktober 2019, omdat zij geschikt werd geacht voor haar werk als inpakster. Appellante was het niet eens met deze beslissing en stelde dat haar een instantie was ontnomen, omdat er niet gewacht was op aanvullende medische informatie tijdens de bezwaarfase. De Raad oordeelde dat appellante voldoende gelegenheid had gehad om haar standpunt te onderbouwen en dat de rechtbank terecht had geoordeeld dat het medisch onderzoek zorgvuldig was uitgevoerd. De gronden die appellante in hoger beroep aanvoerde, waren in wezen herhalingen van eerdere argumenten en er was geen aanleiding om anders te oordelen dan de rechtbank had gedaan. De Raad bevestigde dat de maatgevende functie van inpakster medisch geschikt was voor appellante en dat er geen reden was om te twijfelen aan de vastgestelde belastbaarheid. De uitspraak van de rechtbank werd dan ook bekrachtigd.