ECLI:NL:CRVB:2021:2754
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep over beschikbaarheid van boodschappendiensten en maaltijdverzorging onder de Wmo 2015
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland, waarin de rechtbank het beroep tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Westerwolde ongegrond heeft verklaard. Appellante had een aanvraag ingediend voor een maatwerkvoorziening voor huishoudelijke hulp op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015). Het college heeft deze aanvraag afgewezen, maar heeft later, na bezwaar van appellante, een maatwerkvoorziening verstrekt voor huishoudelijke hulp in de vorm van een persoonsgebonden budget. De centrale vraag in het hoger beroep is of appellante recht heeft op een boodschappendienst en maaltijdverzorging gedurende de periode tot en met 15 augustus 2019.
Tijdens de zitting is gebleken dat appellante betwist dat deze diensten daadwerkelijk beschikbaar zijn. Het college heeft echter aangetoond dat zowel supermarkt Jumbo als Ekoplaza boodschappen bij appellante bezorgen en dat Buurtzorg Nederland maaltijden levert. Appellante heeft haar stellingen over de onbeschikbaarheid van deze diensten niet onderbouwd. De Raad heeft overwogen dat het college niet verplicht is om maatwerkvoorzieningen te verstrekken als er algemeen gebruikelijke diensten beschikbaar zijn die aan de zelfredzaamheid van de cliënt bijdragen.
De Raad concludeert dat het college zich op het standpunt heeft mogen stellen dat de boodschappenservice en maaltijdvoorziening voor appellante beschikbaar zijn. Het hoger beroep van appellante slaagt niet, en de aangevallen uitspraak wordt bevestigd. Er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.