ECLI:NL:CRVB:2021:2676
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Intrekking hoger beroep na gewijzigde beslissing op bezwaar door Uwv
Op 20 oktober 2021 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 19/60 WIA. Het hoger beroep is ingetrokken door de appellant, vertegenwoordigd door mr. A.L.M. Vreeswijk, nadat het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) op 5 oktober 2020 een gewijzigde beslissing op bezwaar had genomen. Deze beslissing kwam volledig tegemoet aan de bezwaren van de appellant. De Raad heeft het onderzoek ter zitting achterwege gelaten, aangezien het Uwv geen bezwaar maakte tegen de intrekking van het hoger beroep.
De Raad heeft vervolgens overwogen dat, op basis van artikel 8:75a van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), het bestuursorgaan kan worden veroordeeld in de proceskosten wanneer het beroep wordt ingetrokken omdat het bestuursorgaan aan de bezwaren van de indiener tegemoet is gekomen. De Raad heeft geoordeeld dat het Uwv in de kosten van de appellant moet worden veroordeeld, die redelijkerwijs zijn gemaakt in verband met de behandeling van het bezwaar, het beroep en het hoger beroep.
De totale proceskosten zijn begroot op € 2.992,-, bestaande uit € 748,- voor het bezwaar, € 1.496,- voor het beroep en € 748,- voor het hoger beroep. De appellant kan zich voor vergoeding van het betaalde griffierecht rechtstreeks tot het Uwv wenden. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door J.P.M. Zeijen, met H. Alajai als griffier.