ECLI:NL:CRVB:2021:2638

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
22 oktober 2021
Publicatiedatum
27 oktober 2021
Zaaknummer
20/2780 WAO-V
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep inzake WAO-V

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 22 oktober 2021 uitspraak gedaan over het verzet van appellant tegen de niet-ontvankelijk verklaring van zijn hoger beroep. Het hoger beroep was eerder op 16 december 2020 niet-ontvankelijk verklaard omdat appellant het griffierecht niet had betaald en het hoger beroep te laat had ingediend. Appellant, die in Marokko woont, was het niet eens met deze uitspraak en heeft verzet aangetekend. Tijdens de zitting op 10 september 2021 zijn beide partijen niet verschenen.

Appellant heeft in zijn verzet aangevoerd dat de brieven van de Raad naar een verkeerd postbusnummer zijn verzonden. Hij heeft een enveloppe overgelegd als bewijs, waaruit blijkt dat er een onjuist postbusnummer op de sticker staat. De Raad heeft echter vastgesteld dat de brieven met betrekking tot de uitspraak van de rechtbank Amsterdam en de verzoeken om het griffierecht te voldoen, allemaal naar het juiste adres zijn verzonden en niet retour zijn gekomen.

De Raad heeft geconcludeerd dat er geen andere redenen zijn aangevoerd in het verzetschrift die de niet-ontvankelijkheid van het hoger beroep zouden kunnen rechtvaardigen. Daarom heeft de Centrale Raad van Beroep het verzet ongegrond verklaard en is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door J.C. Boeree, met V.M. Candelaria als griffier.

Uitspraak

Datum uitspraak: 22 oktober 2021
20/2780 WAO-V
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
Uitspraak op het verzet als bedoeld in de artikelen 8:55, zevende lid, en 8:108, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht in verband met het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 5 juni 2020, 19/4571 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[appellant] te [woonplaats] , Marokko (appellant)
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen

PROCESVERLOOP

De Raad heeft het hoger beroep van appellant tegen de aangevallen uitspraak op 16 december 2020 niet-ontvankelijk verklaard. Dat betekent dat de Raad het hoger beroep niet in behandeling kan nemen. De Raad heeft die beslissing genomen op grond van de artikelen
8:54 en 8:108, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht.
Appellant is het niet eens met de uitspraak en heeft verzet gedaan
Het verzet is behandeld op de zitting van 10 september 2021. Partijen zijn niet naar de zitting gekomen.

OVERWEGINGEN

In de uitspraak van 16 december 2020 heeft de Raad het hoger beroep van appellant
niet-ontvankelijk verklaard, omdat hij het griffierecht niet heeft betaald en het hoger beroep te laat heeft ingediend.
In een brief van 2 juni 2021 heeft appellant verklaard dat de brieven van de Raad naar een verkeerd postbusnummer zijn verzonden. Appellant overlegt hiervan een enveloppe als bewijs met daarop een sticker van PostNL.
De Raad constateert dat op de sticker een onjuist postbusnummer staat maar dat dit een enveloppe betreft van de brief van 3 mei 2021, waarin aan appellant om de gronden van het verzet is gevraagd. De vraag die moet worden beantwoord is waarom het griffierecht niet is voldaan en waarom het hoger beroep te laat is.
De uitspraak van de rechtbank Amsterdam en de brieven waarin aan appellant wordt verzocht het griffierecht te voldoen zijn allemaal aan het juiste adres verzonden. Deze brieven zijn ook niet retour gekomen. In het verzetschrift van appellant staan verder geen andere redenen waarom het griffierecht niet is voldaan en waarom het hoger beroep te laat is ingediend.
Dit betekent dat het verzet ongegrond wordt verklaard.
Voor een proceskostenveroordeling van het verzet is geen aanleiding.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep verklaart het verzet ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door J.C. Boeree, in tegenwoordigheid van V.M. Candelaria als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 22 oktober 2021.
(getekend) J.C. Boeree
(getekend) V.M. Candelalaria