Uitspraak
18.2621 WIA
OVERWEGINGEN
19 november 2015 een IVA-uitkering toe te kennen.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 30 juni 2021 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellant tegen de beslissing van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) over de toekenning van een IVA-uitkering. Appellant had eerder een WGA-uitkering ontvangen, maar verzocht om een IVA-uitkering met terugwerkende kracht vanaf de datum van zijn eerdere aanvraag in 2015. Het Uwv had de aanvraag afgewezen, omdat appellant wel volledig maar niet duurzaam arbeidsongeschikt werd geacht. Na een herbeoordeling en een nieuwe aanvraag in 2016, werd de IVA-uitkering uiteindelijk toegekend met ingang van 7 juli 2016. Appellant was het niet eens met deze ingangsdatum en stelde dat hij recht had op een uitkering met terugwerkende kracht tot 19 november 2015, de datum van zijn eerdere aanvraag.
Tijdens de zitting heeft het Uwv zijn standpunt herzien en aangegeven dat appellant met terugwerkende kracht vanaf 19 november 2015 een IVA-uitkering toekomt. De Raad oordeelde dat het bestreden besluit van het Uwv niet voldoende gemotiveerd was en dat er voldoende medische gronden waren om aan te nemen dat appellant al vóór 7 juli 2016 duurzaam arbeidsongeschikt was. De Raad heeft het beroep van appellant gegrond verklaard, de eerdere uitspraak van de rechtbank vernietigd en de ingangsdatum van de IVA-uitkering vastgesteld op 19 november 2015. Tevens werd het Uwv veroordeeld in de proceskosten van appellant.