Uitspraak
11 oktober 2016, 18/1596 en 18/4476 (aangevallen uitspraak)
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
27 augustus 2014, waarbij betrokkene toestemming is verleend om met behoud van WWuitkering in Polen naar werk te zoeken in de periode van 1 september 2014 tot en met
30 november 2014, ingetrokken. Aan dat besluit heeft het Uwv ten grondslag gelegd dat betrokkene al vóór de eerste werkloosheidsdag in het buitenland verbleef en daarom geen recht had op een WW-uitkering.
DOC-007-01 en op de Powroty-lijst staat met als datum 26 juli 2014 voor terugkeer naar Polen een indicatie dat betrokkene ook daadwerkelijk op deze datum naar Polen is vertrokken. Hiertoe wordt in aanmerking genomen dat [naam 2] , directeur van [Uitzendbureau] , op 7 maart 2017 tegenover een medewerker van het Uwv heeft verklaard dat de lijst DOC00701 is verkregen van een vestiging van [Uitzendbureau] in Polen. [naam 2] heeft toegelicht dat op deze lijst is bijgehouden op welke datum een werknemer is vertrokken naar Nederland om daar te gaan werken en op welke datum de werknemer weer is teruggekeerd naar Polen. Voor de vestiging van [Uitzendbureau] in Nederland was deze lijst van belang, omdat daaruit blijkt welke personen beschikbaar zijn voor werk in Nederland en voor de vestiging van [Uitzendbureau] in Polen was deze lijst van belang, omdat daaruit blijkt welke personen beschikbaar zijn voor werk in Polen. Ook heeft [naam 2] verklaard dat de werknemers na afloop van het dienstverband met [Uitzendbureau] de door [Uitzendbureau] geregelde verblijfsplaats moesten verlaten. Verder speelde daarbij een rol dat het vervoer van en naar Nederland en Polen werd geregeld door [Uitzendbureau] . Gelet op het belang van [Uitzendbureau] bij het bijhouden van de lijst en de accuraatheid daarvan, zoals dit volgt uit de verklaring van [naam 2] , is er geen aanleiding om te twijfelen aan de juistheid van de gegevens op de lijst. Dit geldt te meer nu de vermelding op deze lijst wat betreft betrokkene overeenkomt met de vermelding op de Powroty-lijst. Daarbij heeft het Uwv in aanmerking kunnen nemen dat betrokkene geen duidelijkheid heeft verschaft over zijn verblijfsplaats in Nederland na afloop van het dienstverband met [Uitzendbureau] per 26 juli 2014. Het Uwv heeft betrokkene in het kader van het in 1.4 omschreven onderzoek meermalen benaderd met het verzoek een afspraak met het Uwv te maken en/of nadere informatie over zijn woon- en leefsituatie gedurende de uitkeringsperiode te leveren. Betrokkene heeft wel contact opgenomen met het Uwv maar het is niet gelukt om met betrokkene een afspraak te maken voor een gesprek. Ook heeft betrokkene geen stukken naar het Uwv gestuurd. Geoordeeld wordt dat het Uwv met de lijst DOC-007-01 en de Powroty-lijst, in samenhang bezien met de onduidelijkheid over de daadwerkelijke verblijfsplaats van betrokkene na afloop van het dienstverband met [Uitzendbureau] , aannemelijk heeft gemaakt dat betrokkene per 26 juli 2014 naar Polen is vertrokken.