ECLI:NL:CRVB:2020:9
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- M. Hillen
- W.F. Claessens
- Th.C. van Sloten
- Rechtspraak.nl
Verlaging van bijstand wegens niet verschijnen op sollicitatiegesprekken en medische situatie
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 7 januari 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Amsterdam. Appellante, die sinds 1 oktober 2009 bijstand ontvangt, kreeg een maatregel opgelegd in de vorm van een verlaging van haar bijstandsuitkering met 30% omdat zij niet is verschenen op twee sollicitatiegesprekken. De Raad heeft vastgesteld dat appellante niet aannemelijk heeft gemaakt dat haar verhindering om te verschijnen aan medische redenen was te wijten. De rechtbank had eerder het beroep van appellante tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam ongegrond verklaard. De Raad heeft de feiten en omstandigheden van de zaak in overweging genomen, waaronder de verplichtingen die voortvloeien uit de Participatiewet. Appellante had zich niet gehouden aan de verplichtingen om te solliciteren, wat leidde tot de maatregel. De Raad oordeelde dat het college terecht de maatregel had opgelegd, maar deze had gematigd tot 30% vanwege de psychische toestand van appellante. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank, waarbij werd vastgesteld dat appellante niet voldoende had aangetoond dat zij om medische redenen niet in staat was om de sollicitatiegesprekken bij te wonen. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, met M. Hillen als voorzitter en W.F. Claessens en Th.C. van Sloten als leden, in aanwezigheid van griffier V.Y. van Almelo.