Uitspraak
/18.536 WIA
15 december 2017, 15/7346 (aangevallen uitspraak)
OVERWEGINGEN
7 december 2012 en per einde wachttijd 5 december 2014 heeft vastgesteld in een Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) van 11 februari 2015. Deze FML is gelijk aan de FML van 21 december 2012. Een arbeidsdeskundige heeft appellant in staat geacht de functies magazijn, expeditiemedewerker, medewerker kleding en textielreiniging en wikkelaar te verrichten. Op basis daarvan is berekend dat appellant per 7 december 2012 en per 5 december 2014 0% arbeidsongeschikt is. Bij besluit van 19 februari 2015 heeft het Uwv de aanvraag van appellant om een WIA-uitkering per 7 december 2012 afgewezen omdat hij minder dan 35% arbeidsongeschikt is. Het aan appellant verstrekte voorschot op de
5 december 2014 alsnog in aanmerking moet komen voor een WIA-uitkering. Hij houdt staande dat per 7 december 2012 sprake is geweest van een toename van beperkingen ten opzichte van 4 maart 2012. Hij verwijst naar de informatie van psychiater Velleman, waaruit volgt dat appellant per 7 december 2012 niet belastbaar was met arbeid. Ten aanzien van 5 december 2014 is appellant van mening dat de FML van 11 februari 2015 onvoldoende tegemoetkomt aan zijn beperkingen. De rechtbank had niet kunnen concluderen dat er op grond van het oordeel van de deskundigen geen reden is de FML voor onjuist te houden. De deskundigen hebben immers niet met zekerheid de vraag kunnen beantwoorden of de FML een juiste weergave was van de beperkingen van appellant. Appellant handhaaft verder zijn standpunt als ingenomen in beroep dat de geselecteerde functies zijn belastbaarheid overschrijden.