ECLI:NL:CRVB:2020:471
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijstandsverlening wegens onvoldoende duidelijkheid over woonsituatie
Op 18 februari 2020 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen de rechtbank Midden-Nederland. De zaak betreft een afwijzing van een aanvraag om bijstand door het college van burgemeester en wethouders van Amersfoort. Appellante had zich op 8 november 2016 gemeld voor bijstand en op 16 november 2016 een aanvraag ingediend, waarbij zij aangaf tijdelijk een kamer te huren bij een vriendin. Echter, tijdens een gesprek op 21 november 2016 heeft appellante niet de gevraagde informatie over haar woonsituatie verstrekt, wat leidde tot de afwijzing van haar aanvraag. Het college handhaafde deze afwijzing in een later besluit, omdat het niet mogelijk was om vast te stellen of appellante daadwerkelijk op het opgegeven adres woonde.
De rechtbank verklaarde het beroep tegen het bestreden besluit ongegrond. De Centrale Raad van Beroep bevestigde deze uitspraak, waarbij werd benadrukt dat het aan de aanvrager is om de feiten en omstandigheden aannemelijk te maken die nopen tot inwilliging van de aanvraag. De Raad oordeelde dat appellante onvoldoende duidelijkheid had verschaft over haar woonsituatie, wat haar inlichtingenverplichting schond. De Raad concludeerde dat er geen aanleiding was voor het college om nader onderzoek te doen naar de woonsituatie van appellante, aangezien zij zelf niet de benodigde informatie had verstrekt. Het hoger beroep werd afgewezen en de aangevallen uitspraak werd bevestigd, zonder veroordeling in proceskosten.