Uitspraak
15.4284 WIA
12 mei 2015, 14/4509 (aangevallen uitspraak)
mr. W.J. Belder.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 26 februari 2020 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellante tegen de beëindiging van haar WGA-loonaanvullingsuitkering door het Uwv. Appellante, die als instrumentenmaker werkte, had zich op 22 februari 2010 ziek gemeld en ontving vanaf 20 februari 2012 een loongerelateerde WGA-uitkering. Het Uwv beëindigde deze uitkering per 7 mei 2014, omdat appellante minder dan 35% arbeidsongeschikt werd geacht. De Raad heeft orthopedisch chirurg dr. J.B.A. van Mourik als deskundige benoemd, die concludeerde dat appellante op de datum in geding in staat was om acht uur per dag te werken, en dat haar beperkingen niet meer waren dan vastgelegd in de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) van 5 februari 2014.
De rechtbank Gelderland had eerder het beroep van appellante tegen het besluit van het Uwv ongegrond verklaard, en de Centrale Raad van Beroep heeft deze uitspraak bevestigd. De Raad oordeelde dat het Uwv voldoende had gemotiveerd dat de functies die aan de WIA-beoordeling ten grondslag lagen, medisch geschikt waren voor appellante. Appellante voerde aan dat haar beperkingen door rugklachten waren onderschat, maar de Raad vond geen aanleiding om af te wijken van de conclusies van de deskundige. De Raad concludeerde dat appellante per 7 mei 2014 geen recht meer had op een WIA-uitkering en dat het hoger beroep niet slaagde.