ECLI:NL:CRVB:2020:2955
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Herziening en terugvordering van bijstand wegens schending van de inlichtingenverplichting
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 17 november 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Noord-Holland. Appellante ontving sinds 1 september 2014 bijstand op basis van de Participatiewet. Naar aanleiding van signalen van het inlichtingenbureau heeft de gemeente Haarlemmermeer onderzoek gedaan naar de rechtmatigheid van de bijstandsverlening. Dit onderzoek leidde tot de conclusie dat appellante inkomsten had ontvangen van Delta Lloyd en een uitzendbureau, welke zij niet had gemeld. Het college van burgemeester en wethouders heeft daarop besloten de bijstand van appellante te herzien en een bedrag van € 10.722,39 terug te vorderen. Appellante heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit, maar het college heeft het bezwaar ongegrond verklaard. De rechtbank heeft het beroep tegen dit besluit eveneens ongegrond verklaard. In hoger beroep heeft appellante aangevoerd dat zij de inlichtingenverplichting niet heeft geschonden en dat er dringende redenen zijn om van terugvordering af te zien. De Raad heeft echter geoordeeld dat appellante niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij eerder gegevens over haar inkomsten had verstrekt en dat de terugvordering verplicht is, tenzij er sprake is van onaanvaardbare gevolgen. De Raad heeft de aangevallen uitspraak bevestigd en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.