ECLI:NL:CRVB:2020:2375
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing bijzondere bijstand voor verhuiskosten en dubbele huur op basis van de Participatiewet
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 6 oktober 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank Rotterdam. De appellant had bijzondere bijstand aangevraagd voor verhuiskosten, inrichtingskosten en een eerste maand huur in verband met zijn verhuizing van een woning in [plaatsnaam 2] naar [plaatsnaam 1] in de gemeente Hoeksche Waard. De aanvraag werd afgewezen door het dagelijks bestuur van Werk & Inkomen Hoeksche Waard, omdat niet was aangetoond dat er sprake was van bijzondere omstandigheden die de kosten noodzakelijk maakten. De Raad oordeelde dat de kosten van een verhuizing tot de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan behoren en dat bijzondere bijstand alleen kan worden verleend als deze kosten voortvloeien uit bijzondere omstandigheden.
De appellant voerde aan dat zijn verhuizing medisch noodzakelijk was vanwege ernstige geluidsoverlast, maar de Raad oordeelde dat de appellant al sinds september 2015 overlast ervoer en dat de verhuizing dus voorzienbaar was. De Raad concludeerde dat de appellant niet aannemelijk had gemaakt dat er sprake was van acute omstandigheden die een snelle verhuizing noodzakelijk maakten. Ook de kosten van het verhuisbusje werden afgewezen, omdat appellant deze kosten al had voldaan en geen verplichting tot terugbetaling aan een familielid had aangetoond. De Raad bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank en wees het hoger beroep af.