Uitspraak
18.2154 PW
OVERWEGINGEN
.Daarbij is vermeld dat, indien appellant de gevraagde gegevens niet tijdig inzendt, de bijstand kan worden ingetrokken. Appellant heeft de gevraagde afschriften niet overgelegd.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, die op 26 maart 2018 het beroep tegen het bestreden besluit van het college van burgemeester en wethouders van Rijswijk ongegrond verklaarde. Appellant ontving sinds 3 december 2014 bijstand op grond van de Participatiewet (PW). In het kader van een heronderzoek werd appellant verzocht om bankafschriften van zijn Toprekening in te leveren, maar hij heeft deze niet tijdig overgelegd. Het college heeft daarop het recht op bijstand van appellant opgeschort en later ingetrokken, omdat hij niet voldeed aan de informatieverplichting. Appellant stelde dat de afschriften van de Toprekening niet relevant waren, omdat deze gekoppeld waren aan zijn ING-rekening en de transacties zichtbaar waren op de bankafschriften van de ING-rekening. De Centrale Raad van Beroep oordeelde echter dat de afschriften van de Toprekening wel degelijk van belang zijn voor de beoordeling van het recht op bijstand, omdat het totaalsaldo op de Toprekening niet kan worden afgeleid uit de ING-afschriften. De Raad bevestigde de beslissing van het college om de bijstand op te schorten en in te trekken, en verklaarde het hoger beroep ongegrond.